Tuurlijk, je wilt afvallen. Je baalt van je lijf. Je kijkt niet graag in de spiegel, dus die ga je zoveel mogelijk uit de weg. Net als winkelruiten, herken je dat?
Wat je ook vermijdt (of waar je je hoogst ongemakkelijk voelt), is het strand en het zwembad. Oja, en de sauna niet te vergeten. Stel je voor.

 

Opmerkingen van collega’s en vrienden zijn vaak goed bedoeld, maar ohww, wat baal je daarvan. “Voor jou maar ff geen gebakje hè?” Je weet zelf ook wel dat er wat vanaf mag, want bewegen kost je steeds meer moeite. Na één trap sta je boven uit te hijgen, terwijl je dat vroeger makkelijk kon. Daarom ga je ook maar niet meer naar je werk fietsen, want dan kom je druipend van de inspanningen aan. En stink je dus ook nog ‘ns de hele dag naar zweet. Waar ze je dan ook weer heel subtiel aan herinneren.

Toen je laatst voor pijn in je knieën naar de huisarts ging, wees die je ook meteen fijntjes op je gewicht. Dat die overtollige kilo’s verband houden met je klachten enzo. En of je er toch niet eens een keer iets aan zou gaan doen. Ja, dat wil je heus wel. Maar hóe dan? Je bent al eens bij een diëtiste geweest. Die gaf je een lijstje mee, wat je wel en niet mocht eten. Dat ging drie dagen goed, maar daarna ging je gezellig uit eten en was het weer foute boel. Sowieso is het haast niet vol te houden met een partner die werkelijk ALLES kan eten. En die dus ook geen zin heeft om – voor jou – zonder snacks de zaterdagavond door te brengen.

Dit is wat je noemt een patstelling.
Je wilt wel, maar toch lukt het je niet.

 

 

En toch durf ik te zeggen, dat als jouw pijn groot genoeg is, je het wél kunt.
Nog een keer:

Als jouw pijn groot genoeg is, kun je het wél.

 

Je omstandigheden zijn nooit optimaal om een start te maken. Maar hee, dat zijn ze eigenlijk nooit. Want wanneer is het wel het juiste moment? Je kunt altijd wel een reden bedenken waarom het nu niet de juiste tijd is. Dus stop met jezelf saboteren. En onderneem actie.