Roos is gelukkig getrouwd, moeder van twee tieners en parttime werkzaam als administratief medewerkster bij een groot bedrijf. Met vriendinnen spreekt ze regelmatig af en ook haar 2 zussen ziet ze vaak. Roos is een ‘gezelligheidsdier’, zoals ze zichzelf omschrijft. En dat is meteen ook haar probleem. Althans, dat vindt ze zelf. Want leuke dingen doen betekent voor haar ook meteen lekker eten. Terrasjes, feestjes, etentjes, fietstochtjes: o-ve-ral is eten. Op het werk trouwens ook, er zijn elke week wel traktaties. En niet meedoen impliceert dat je niet gezellig bent. En dat is Roos dus wél!
Waarom dit voor haar een probleem is? Drie keer raden. Roos heeft er (daardoor) nogal wat kilo’s aangegeten, zeg maar. Het is voor haar onmogelijk om én leuke (gezellige) dingen te doen én daar dan niet bij te mogen eten. Oftewel: eten en gezelligheid horen bij elkaar. Die vormen een onlosmakelijk verbond, een hechte relatie. Eten en gezelligheid zijn als een soort eeneiige tweeling zeg maar. Die kun je niet los van elkaar zien, laat staan van elkaar scheiden. En dus ging Roos regelmatig voor “groot onderhoud” op dieet. Even crashen, en weer door.
Frustratie
De afgelopen anderhalf jaar waren voor Roos nogal verwarrend. Tegelijkertijd leek het (in het begin) ook een makkelijke periode. Verwarrend, omdat (net als voor de meesten) haar hele leefpatroon op z’n kop werd gezet. Nauwelijks sociale contacten buiten de deur, thuiswerken, niet meer gezellig ergens wat gaan drinken, noem maar op. Maar anderzijds leek het dus ook een makkelijke periode. Althans, voor haar gewicht leek het gunstig. Bind een gezelligheidsdier vast aan haar stoel en de kilo’s vliegen eraf. Zou je zeggen.
